Ingrid Mulder
De Lachende Traan

 

We beginnen bij het begin. 16 mei 1985: Mijn geboorte. Zelf weet ik daar niets meer van, maar wat ik van mijn ouders heb begrepen waren ze na  mijn komst blij en compleet. Nu hadden ze naast een zoon ook een dochter. Een Koningsgezin! Dát heeft onze Koning ze niet nagedaan.

Dankzij hun relatie én cohabitatie, behoor ik tot de nieuwe generatie!

Ik groeide op in het Groningse Stadskanaal. Het was er prima vertoeven. Toen ik na één van mijn verjaardagen zoveel geld gespaard had dat ik een televisie kon kopen voor op mijn slaapkamer besloot ik dat het geen tv wou hebben maar een stereotoren. Zo geschiedde.

Het liefste luisterde ik de hele dag muziek terwijl ik ondertussen de ene na de andere pagina volschreef. Het poëzieproject dat mijn middelbare school organiseerde was mij dan ook op het lijf geschreven. Ik vond het heerlijk mijn gedachten op een blanco blad vrij te laten.

Na het poëzieproject (en het behalen van diens finale) besloot ik samen met mijn leraar Nederlands één van mijn gedichten op te sturen naar Stichting Doe Maar, Dicht Maar. Dit gedicht werd vervolgens geselecteerd en kwam terecht in de gelijknamige bundel. Een jaar later probeerde ik het nog eens, met hetzelfde resultaat.

Het mooie gevoel van het genoegen. Dat het gedane de voldoening bekroont.
Dat jij het bent, dat je het kunt zijn. En dat je het doet, simpel: omdat het zich loont.


Vervolgens kwam het dichten wat op een lager pitje te staan. Natuurlijk schreef ik nog, maar voornamelijk in stilte of voor een bepaalde gelegenheid. Af en toe werd me gevraagd of ik iets voor iemand kon schrijven wat ik dan deed. Ondertussen was ik druk bezig met het volwassen worden.

Toen ik dat éénmaal geworden was besloot de liefde dat mijn nieuwe woonplaats Ter Apel moest zijn. Ook leuk! Naarmate de tijd verstreek kregen we naast een huisje ook een perenboompje en zeven beestjes. Echter hielp één van die beestjes ons perenboompje naar de Filistijnen met als gevolg dat het alleen nog maar "huisje... beestjes" was. Wat een rijkdom!

Natte neusjes, vieze pootjes. Een kus, een knuffel: Zo speciaal.
Wie zijn leven deelt met dieren, die is het rijkst van allemaal.



Niet alleen was ik in de jaren volwassen geworden, ook het digitale tijdperk was behoorlijk gegroeid; van niets, naar inbelverbinding naar altijd online. Zo nu en dan begon ik eens een gedicht online te zettten. Op ons dorpsforum maakte ik een topic aan met de titel "schrijven" en daar werd heel positief op gereageerd. Ze vroegen wanneer mijn bundel uitkwam.

Met de komst van facebook begon ik ook zo nu en dan daar eens wat online te zetten. Vanuit allerlei hoeken hoorde ik toen weer wat ik al vaker had gehoord: "Doe er wat mee".

Dat ik niet al mijn gevoelens deel? Dat komt zo: ik voel teveel.

Ik wou er wel "wat" mee, maar vond het ontzettend spannend én persoonlijk. Ik dacht na en vervolgens dacht ik nog wat langer na. Ik besloot een facebookpagina op te zetten waar ik mensen vroeg om hun verhaal en gevoel. De gedichten die hieruit voort zouden komen zou ik uitbrengen in een bundel: De Lachende Traan. Ik kreeg "verzoekjes" binnen en dichtte er op los. Heerlijk! De reacties vond ik onwerkelijk en overweldigend. Toen de pagina 100 volgers had vond ik dat ontzettend bijzonder. Inmiddels zijn het er heel wat meer.

Ondertussen ben ik gaan schrijven aan het manuscript. Ik kocht een ISBN-nummer, vond een uitgeverij zo verscheen in november 2014 het boek. Deze is hier te bestellen.

© Ingrid Mulder 2015